De geschiedenis van het kasteel
De eigenaar van het in een aantal jaren gebouwde kasteel van Castelnaud, of eerder “château neuf” (“nieuw kasteel”) is Bernard van Casnac, een Kathaarse leenheer en vazal van de Graaf van Toulouse. In 1214 wordt de vesting ingenomen door Simon van Montfort, die de kruistocht tegen de Katharen, de zogenaamde Albigenzische kruistocht, leidt. Deze wordt heroverd door Bernard van Casnac en uiteindelijk in 1215 door het Aartsbisdom van Bordeaux en 1215 afgebrand.
©Simon de Montfort, Grand Recueil La Clayette, fin XIIIe s., BNF, manuscrit, NAF 13521, fol. 337
De Honderdjarige Oorlog begint en het kasteel komt door het huwelijk tussen de enige erfgename van Castelnaud en Nompar van Caumont in handen van de Engelsgezinde familie van Caumont. Tijdens deze lange oorlog verandert het kasteel meerdere keren van kamp, wanneer verbonden en bijzondere belangen dit vereisen.
Koning Karel VII van Frankrijk beveelt het beleg van het kasteel dat op dat moment in handen is van de volgelingen van de koning van Engeland. Na drie weken onrust verlaten de Engelsen de vesting tegen 400 gouden Franse daalders. Het Kasteel van Castelnaud is voorgoed heroverd door de Fransen, die 11 jaar later de Honderdjarige Oorlog winnen.
Aan het einde van de Middeleeuwen bouwt de familie van Caumont het kasteel van Milandes, omdat men graag een gerieflijkere woning wil waar het aangenamer vertoeven is. De bouwstijl en de inrichting sluiten beter aan bij de smaak van die tijd. Vanaf dan wordt het kasteel van Castelnaud alleen nog bewoond door soldaten en hun kapitein, die zich in het nieuwe hoofdgebouw aan de oost- en de zuidkant installeren.
Geoffroy de Vivans wordt geboren in het dorp aan de voet van het kasteel. Eenmaal hugenootse kapitein verdedigt hij het fort voor de familie van Caumont, die de protestantse godsdienst aanhangt. Tegenover de in de hele Périgord gevreesde Geoffroy, bijgenaamd “de vechtersbaas”, en de nieuwe vestingwerken (bastion en artillerietoren) die de verdedigingswerken van het kasteel zijn komen versterken, probeert niemand Castelnaud in te nemen tijdens de Godsdienstoorlogen, die toch zeer intens waren in de Périgord.
Het kasteel van Castelnaud wordt in 1789, nadat zijn eigenaren gevlucht zijn, verkocht en doet dan dienst als steengroeve. De artillerietoren en het zuidelijke hoofdgebouw verliezen hun top. Het monument wordt vervolgens overwoekerd door planten en raakt beetje bij beetje in de vergetelheid.
De daadwerkelijke restauratie is nu voltooid. Maar er wordt nog steeds hard gewerkt om de plek elk jaar nog mooier te maken! Het museum telt zo’n 300 authentieke wapens en wapenuitrustingen en 5 op ware grootte gereconstrueerde belegeringsmachines. Ieder jaar komen er zo’n 235.000 bezoekers naar het kasteel.